Equivalente maatregelen akkerbouw in 2019

21 februari 2019

Bedrijven met akkerbouwgewassen kunnen zich tot 1 juni 2019 bij RVO.nl aanmelden voor het toepassen van een equivalente maatregel. Voor dit jaar zijn vier equivalente maatregelen mogelijk.

1. Hogere stikstofgebruiksnormen voor grond met hogere opbrengsten

Bij bovengemiddeld hoge gewasopbrengsten mag een extra stikstofgift toegepast worden. Dit geldt voor suikerbieten, zaaiui, maïs, zomer- en wintertarwe, zomer- en wintergerst, bloemkool, broccoli, prei, slasoorten (1e teelt), andijvie (1e teelt), spinazie (1e teelt), winterpeen/waspeen, zetmeelaardappelen en bepaalde consumptie- en pootaardappelrassen. De gemiddelde gewasopbrengst van het totale areaal in 2016, 2017 en 2018 was bovengemiddeld. Er mag maximaal 75 kg stikstof per ha per jaar op zandgronden in Limburg of Noord-Brabant en lössgronden plaatsvinden in de vorm van drijfmest, op overige gronden mag dit maximaal 100 kg stikstof per ha per jaar zijn. Voor de overige stikstofbemesting mag alleen kunstmest gebruikt worden. De betreffende percelen mogen na 1 juli niet meer bemest worden met drijfmest.

2. Hogere fosfaatgebruiksnormen voor grond met fosfaattoestand ‘laag’

Bij bovengemiddeld hoge gewasopbrengsten van suikerbieten, consumptie- en pootaardappelen, zaaiuien en maïs op gronden met fosfaattoestand ‘laag’ wordt een verhoging van de generieke fosfaatgebruiksnorm met 5 kg per ha per jaar toegestaan. Het gaat om percelen bouwland die structureel meer dan de fosfaatgebruiksnorm van 75 kg fosfaat per ha per jaar aan de bodem onttrekken. De gemiddelde gewasopbrengst van het totale areaal in 2016, 2017 en 2018 was bovengemiddeld. De extra fosfaatgift is alleen toegestaan in de vorm van kunstmest, compost, champost, schuimaarde of vaste mest van graasdieren.

3. Hogere fosfaatgebruiksnormen voor grond met fosfaattoestand ‘neutraal’

Bij bovengemiddeld hoge gewasopbrengsten van suikerbieten, consumptie- en pootaardappelen, wintertarwe, zomergerst, zaaiuien en maïs op gronden met fosfaattoestand ‘neutraal’ wordt een verhoging van de generieke fosfaatgebruiksnorm met 5, 10 of 15 kg per ha per jaar toegestaan. Het gaat om percelen bouwland die structureel meer dan de algemene fosfaatgebruiksnorm van 60 kg fosfaat per ha per jaar aan de bodem onttrekken. De gemiddelde gewasopbrengst van het totale areaal in 2016, 2017 en 2018 was bovengemiddeld. De extra fosfaatgift is alleen toegestaan in de vorm van kunstmest, compost, champost, schuimaarde of vaste mest van graasdieren.

4. Rijenbemesting in maïs op zand- en lössgronden

Op zand- en lössgronden mag een hogere stikstofgebruiksnorm worden toegepast, indien op deze gronden maïs gezaaid is of wordt op een afstand van maximaal 12 centimeter van de plekken waar met behulp van apparatuur meststoffen zijn gebruikt. De verhoging bedraagt 25 kg stikstof per ha per jaar op zandgronden in Limburg en Noord-Brabant en lössgronden en 10 kg stikstof op zandgronden in overige provincies.

Gewasopbrengst en samenstellingsverklaring

Bij de eerste drie maatregelen geldt dat voor de bepaling van de gewasopbrengst uitsluitend wordt uitgegaan van de hoeveelheid die rechtstreeks is afgeleverd aan afnemers, verminderd met het tarragewicht. De hoogte van de gewasopbrengst moet (bij controle) blijken uit een samenstellingsverklaring van een accountant.

Combineren van maatregelen

De equivalente maatregel ‘hogere stikstofgebruiksnorm voor grond met hogere opbrengsten’ mag niet gecombineerd worden met de equivalente maatregel ‘rijenbemesting in maïs’ en evenmin met de stikstofdifferentiatie.